Zoek
Sluit dit zoekvak.

Borstcrawl techniek – 10 meest gemaakte fouten

Borstcrawl techniek – 10 meest gemaakte fouten

Uiteindelijk willen we allemaal het liefst als een vis door het water gaan. Een beetje snelle vis ook nog. Zo efficiënt mogelijk, met zo min mogelijk energie, zoveel mogelijk rendement halen.
In het afgelopen jaar heb ik heel wat borstcrawl techniek trainingen gehad. Met een personal zwemtrainer werk ik al maandenlang aan mijn borstcrawl techniek. Ik heb tijdens al die lessen en eigen trainingen veel geleerd over zwemmen. En dan vooral ook hoe het niet moet. Ik deel graag de meest gemaakte fouten waarover ik het afgelopen jaar heb geleerd (en waarvan ik de meeste ook zelf maakte).

 

Nieuw: borstcrawl les bij jou in de buurt!

Borstcrawl is een specialisme binnen het zwemmen. Het goed leren (en lesgeven) van de borstcrawl dus ook. Boek nu de beste training voor beginnen met borstcrawl of verbeter je borstcrawl, verzorgd door de beste trainers van de KNZB, bij jou in de buurt!

 

Cursus beginnen met borstcrawl: voor beginners

De curus Beginnen met borstcrawl is voor iedereen die 0 tot 150 meter kan crawlen en watervrij is. Watervrij zijn betekent dat je met je hoofd onder water durft. Als je nog nooit hebt gecrawld is deze cursus ook voor jou! De cursus omvat 8 lessen van een uur. Je leert het fundament, de beenslag, de armslag, stuwing, doorhaal en het combineren. Daarna is de focus op het controleren en beheersen, en het goed omgaan met je energie. Dit met als doel dat je verder en langer kunt zwemmen.

Goed om te weten:

 

Cursus verbeter je borstcrawl: voor gevorderden

De cursus Verbeter je borstcrawl is voor iedereen die al 150 meter kan borstcrawlen en wil verbeteren. Bij deze cursus leer je in 8 lessen om betere ligging in water te hebben, minder energie te verbruiken, verder te zwemmen, en het keerpunt onder controle te krijgen. Op het einde van de cursus heb je nieuwe technieken geleerd, ben je op de hoogte van slagverstorende factoren, kun je het duikelkeerpunt en is je efficiency en effectiviteit verbeterd.

Goed om te weten:

 

Ook interessant

Check ons professioneel zwemschema voor beginners om te leren borstcrawlen van 0 naar 500 meter!

 

Profiteer van dit praktische zwemschema en leer optimaal crawlen!
Profiteer van dit praktische zwemschema en leer optimaal crawlen!

 

1. Geen stroomlijn aanhouden

Stroomlijn is de basis in het zwemmen. Lichaamspositie is zo bepalend. Hoe beter je lichaamspositie is, hoe minder weerstand en hoe efficiënter je dus door het water gaat. Toch gaat het in de basis al vaak mis. En houden veel zwemmers geen stroomlijn aan.

Wat is de bedoeling?
De bedoeling is dat je volledig gestroomlijnd door het water gaat en dat begint al bij de afzet. Je probeert deze spanning mee te nemen in het zwemmen. Met name dan de rompspanning. Bij iedere afzit en na een keerpunt kom je dus even terug in deze stroomlijn voordat je weer start met zwemmen.
Stroomlijnen zwemmen
Hoezo gaat het mis? 
Stroomlijnen is op zich niet moeilijk. Het vraagt alleen wat discipline om het goed mee te nemen in je routine. Dus bij iedere afzet van de muur maak je een goede stroomlijn en span je je volledige core aan en strek je je armen volledig.

 

2. Niet recht insteken

Borstcrawl techniek - insteken
Recht insteken, hand op schouderlijn.

Je hand insteken is je hand insteken toch? Nope, in het zwemmen is niets ‘gewoon’. Hoe je je hand in het water insteekt is alles bepalend. Veel zwemmers maken de fout om niet recht in te steken. Maar juist schuin, niet op schouderbreedte maar eerder op de lijn van het midden van je hoofd. Of zelfs nog daar voorbij. Je kruist als het ware.

Hoezo is dat erg dan?
Als je schuin insteekt raak je uit balans. Je ziet dat een zwemmer vaak niet in een rechte lijn zwemt en licht van links naar rechts ‘zwabbert’. Je bent continu aan het corrigeren. Ook zit je niet in een goede lijn voor het inzetten van een efficiënte catch. Je start teveel onder je lichaam.

Probeer dat maar eens met hardlopen. Je ene been gekruist voor de andere neerzetten. Wedden dat je niet meer zo hard kan lopen dan wanneer je je voeten / benen gewoon recht naar voren zet? In het zwemmen is dat niet anders. Je steekt in, in de richting waar je naar toe wilt. Rechtuit dus. Met recht insteken is om die reden dan ook heel veel winst te behalen!

Wat is de bedoeling?
Het is de bedoeling dat je je hand recht voor je schouder insteekt. Ofwel je arm / hand is een rechte lijn ten opzichte van je schouder. Hiermee verstoor je niet je balans en ga je zo recht mogelijk vooruit. Het is ook de beste uitgangspositie voor de inzet van je catch.

 

3. Onvoldoende roteren

Tijdens het zwemmen is het de bedoeling dat je licht van links naar rechts roteert. Als je dat niet doet zwem je als het ware plat. En dat vinden met name je schouders niet zo leuk. Door middel van het roteren haal je onder andere druk van je schouders af. Maar ook je armslag en dan met name voor het uitduwen is het belangrijk dat je roteert. Je kunt dan uitduwen tot voorbij je heup. Als je niet roteert raak je jezelf en kun je niet zover uitduwen.
Ook het ademhalen gaat je makkelijker af als je wat roteert van je linker naar je rechterzij.

Hou tijdens het roteren je romp aangespannen.

Maar ’te’ is nooit goed en dat geldt ook voor roteren. Je kunt ook weer over-roteren. Dat merk je vaak vanzelf ;), je gaat uit balans als je te ver roteert.

 

4. Zinken met je benen

Ben je aan de voorkant zo lekker aan het zwemmen. Slepen aan de achterkant je benen diep in het water. Als een sleepboot. Alle energie die je er in de voorkant in stopt wordt aan de achterkant weer tegengehouden.

Wat is de bedoeling?
De bedoeling is dat je zo vlak / horizontaal mogelijk in het water ligt. Op die manier heb je zo min mogelijk weerstand en dat maakt het zwemmen weer een stuk makkelijker.

Hoezo gaat het mis? 
Zinkende benen kunnen veel verschillende oorzaken hebben. Zoals gebrek aan rompspanning, of je hoofd dat te ver omhoog is (dan ben je uit balans en zinken dus je benen). Het kan ook aan je beenpositie liggen, stijve enkels (je tenen wijzen teveel naar beneden) of je maakt de beenslag teveel uit je knieen, waardoor je benen dieper komen dan nodig. Of je zwemt zo langzaam dat je benen zakken. Voor mannen is het overigens iets lastiger dan voor vrouwen om recht in het water te liggen. Maar ook mannen kunnen het prima ;).

Zoomers kunnen een goed hulpmiddel zijn om je positie in het water wat te verbeteren. Maar het begint ermee om voor jezelf te laten analyseren wat de oorzaak is van je zinkende benen.

 

5. Teveel gebruik van je benen

Als aanvulling op zinkende benen. Veel beginnende zwemmers (inclusief ik 😉 ) zwemmen in eerste instantie als een malle met hun benen. Daar halen ze de meeste snelheid uit. Niet alleen word je er heel erg moe van, het is dus ook niet efficiënt. Borstcrawl is hoofdzakelijk een armslag. Het meeste rendement haal je uit je armen en niet uit je benen.
Heb je voornamelijk je benen nodig en kun je niet rustiger met je benen zonder stil te vallen? Dan heb je werk te doen aan je armslag techniek.

Hoe kun je het verbeteren

Laat de benen even gaan voor wat ze zijn en hou het rustig. Probeer je beenslag ook efficiënt te houden (dus niet teveel uit je knieën). En focus je vooral op je lichaamspositie en hoog in het water te liggen.
Gebruik eventueel een pullbuoy om je benen stil en hoog te houden en volledig te kunnen focussen op je armen (met snorkel bijvoorbeeld nog).
(meer weten over alle hulpmiddelen in het zwemmen? —> lees dan de blog over alle beschikbare hulpmiddelen en waar ze voor dienen). 

 

6. Op de handrem zwemmen

Wat is de bedoeling?
De bedoeling is dat je je hand recht insteekt en deze mooi vlak houdt. Op die manier heb je minimale weerstand. En rem je letterlijk af.

Hoezo gaat het mis? 
Videoanalyse tri2one coaching
Het klinkt allemaal zo logisch, maar waarom gaat het dan toch mis? Als je je hand omhoog houdt kan dit een teken zijn van onbalans. Je gebruikt je hand / arm als het ware om balans te zoeken. Zelf deed ik het bijvoorbeeld enkel met mijn linkerhand als ik rechts adem haal (mijn favoriete kant). Ik zocht dan met links extra steun tijdens een ademhaling.
Ik heb het afgeleerd door me er allereerst bewust van te zijn. En daarna een maand lang enkel op die hand te focussen bij de insteek. Dus hand recht houden, liever iets naar onder gebogen dan omhoog wijzend.

 

Profiteer van dit praktische zwemschema en leer optimaal crawlen!
Profiteer van dit praktische zwemschema en leer optimaal crawlen!

 

7. Catch niet neerzetten / slepen

Borstcrawl techniekDe catch is het gedeelte waarop je het meeste water (hoort) te pakken onderwater. Om dit te kunnen doen wordt ook wel de doorhaal met hoge elleboog gehanteerd. Bij een slepende catch heb je niet een moment waarop je echt water pakt. Je sleept eigenlijk gelijk vanuit de inzet door naar achteren. Dit doe je doordat je je elleboog naar achteren trekt en niet mooi neer zet (je mist het moment op de foto, waar je wel een duidelijk moment hebt dat de elleboog staat zonder dat deze direct naar achteren gaat). Zonde, want hierdoor mis je veel water, wat je wel had kunnen pakken.

Hoezo gaat het mis? 

Borstcrawl vergt veel techniek. Te snel starten met ‘gewoon’ zwemmen is vaak een oorzaak van het missen van een echte catch met slepen als gevolg. Wrikken (sculling) zijn goede oefeningen voor het werken aan je hoge elleboog voor de catch en het ontwikkelen van watergevoel.
(lees hier ook de blog: 5 redenen waarom wrikken belangrijk is)

 

8. Geen smalle overhaal

Wat is de bedoeling?

De bedoeling is dat je arm zoveel mogelijk ‘rust’ tijdens de overhaal. Dus vanaf het moment dat je je hand uit het water haalt, totdat je weer insteekt. Dat is de overhaal en wordt ook wel de ‘herstel fase’ genoemd. In deze fase wil je het liefst zo smal mogelijk overhalen. Dus liever geen wijde armen over het water.
Toch zijn er veel zwemmers die een wijde overhaal hanteren. Bijvoorbeeld openwater zwemmers (die eventueel beperkt kunnen worden door hun wetsuit), of wanneer je minder flexibiliteit in je schouders hebt. Het is dus niet perse heel fout, maar idealiter is een smalle overhaal wel beter.

Waarom is het belangrijk?

Je overhaal is weer de basis voor de insteek. Hoe wijder je overhaalt (zoals op de foto links), hoe groter de kans is dat je ook verkeerd (cross-over) insteekt. Je haalt jezelf namelijk uit balans. Je insteek en weer door strekken is wat makkelijker met een smalle overhaal waarbij je elleboog het hoogste punt is (zie foto rechts).
Een oefening voor de smalle overhaal is om je hand net over het water te slepen (vingertoppen door het water) bij de overhaal. Je haalt je hand uit het water en sleept deze langs je lichaam terug naar voren. Of je tikt je heup, rib, schouders, hoofd aan. Je oefent dan ook gelijk het roteren.
Wijde overhaal zwemtips
Foto links, wijde (en hoge) overhaal, foto rechts smalle overhaal. Hand dicht bij het lichaam net boven het water, elleboog hoogste punt.

 

9. Duim eerst insteken

Het insteken van je hand hoort met middelvinger eerst (een vlakke hand, foto rechts). Een veelgemaakte fout is duim eerst (zie foto links). Door het draaien van je hand kom je met je duim eerst in het water. Hiermee belast je je schouders onnodig wat de kans op blessures verhoogt. Op een video of foto is dit verbeterpunt makkelijk te herkennen.
Je kunt dit verbeteren door in je overhaal je handpalm goed naar achteren te laten wijzen. En niet je handpalm richting je lichaam te laten wijzen (dus niet opzij). Denk eraan dat je je hand in het water plaatst met je middelvinger eerst.

 

10. Hoofdpositie – zwemmend en tijdens ademhaling

Ademhaling borstcrawl
Ademhaling borstcrawl, 1 brilglas onderwater, 1 brilglas boven water.

Hoofdpositie tijdens ademhaling 
Wat is de bedoeling?
De bedoeling is dat je slechts licht roteert met je hoofd. Je blijft liggen (dus tilt je hoofd niet op) en draait enkel je hoofd opzij om adem te halen. Een goede leidraad is daarbij dat idealiter 1 brilglas in het water blijft. Dat is in het begin even wennen omdat je denkt onvoldoende lucht te krijgen. Maar het is echt voldoende.
Waarom is het belangrijk?
Hoe minder je je hoofd optilt, hoe minder je balans verstoort.
Een andere veelgemaakte fout is om je adem onderwater te lang vast te houden. Probeer tijdens het zwemmen onderwater rustig uit te ademen. Zodat je bij een ademhaling niet eerst uitademt, voordat je inademt.

Hoofdpositie zwemmend
Je hoofd positie is niet enkel belangrijk bij het ademen. Maar ook tijdens het zwemmen. Als je teveel met je hoofd omhoog zwemt, zakken je heupen (en benen). Met als gevolg dat je lichaamspositie niet meer in stroomlijn in.

Als je al zwemmend de overkant van het zwembad kunt zien is je hoofd positie te hoog.

Je kijkt dus naar de bodem, hoofd naar beneden. De waterlijn gaat door het midden van je hoofd. Je focust om je lichaam zo hoog mogelijk in het water te houden. Van je voeten tot je hoofd dus.
Voor openwaterzwemmers geldt dat zij voor het kijken het hoofd naar voren omhoog brengen. Dit is slechts voor het kijken om daarna naar de standaard hoofdpositie terug te gaan. Sommige openwaterzwemmers halen ook adem tegelijk met het kijken. Andere halen adem via de zijkant en brengen hun hoofd slechts een klein stukje uit het water. Net voldoende om te kijken, maar niet om adem te halen. Dit heeft als voordeel dat je hoofd minder ver uit het water komt. Want ook hier geldt: hoe verder je hoofd uit het water, hoe meer je benen zakken. 

 

Borstcrawl techniek verbeteren – Hoe verbeter ik al deze punten?

Wellicht herken je jezelf in 1 van bovenstaande punten. Geen zorgen, ik herkende mezelf in al deze punten ;). En ondanks dat ik er al veel verbeterd heb, zullen sommige altijd een aandachtspunt blijven.
Voor alle individuele punten zijn techniekoefeningen. En een hoop vragen ook gewoon discipline. Bij iedere slag aan denken. En stap je voor stapje. Dus niet 10 aandachtspunten tegelijk proberen te verbeteren. Maar focus je de komende maand op slechts 1 verbeterpunt. Werk vanuit daar weer verder.

Nog een tip, laat je regelmatig filmen. Alleen zo kun je eigenlijk je eigen zwemslag echt goed beoordelen en werken aan je verbeterpunten. Daarnaast kan het zwemmen met zwemschema’s je helpen om gestructureerder te zwemmen en vanuit daar meer progressie te boeken.

Vind je dit artikel leuk en wil je ons op een makkelijke manier steunen?
In sommige artikelen maken we gebruik van affiliate links.

Als jij iets via zo’n linkje koopt, ontvang ik een kleine commissie.
Dat kost jou niets, maar zorgt er wel voor dat wij content kunnen blijven maken
en de website kunnen onderhouden.

8 reacties

  1. Zo ontzetten herkenbaar! Ik heb zelf net een ‘start to crawl’-reeks achter de rug en maakte in het begin alle bovengenoemde fouten. Nu gaat het al een stuk beter, maar fout 10 blijft een hardnekkige…

  2. Bedankt voor het delen, erg duidelijk. Ben begonnen met de borstcrawl cursus en zelf lekker aan het oefenen. Fijn om dit te lezen!

    1. Wat leuk! Veel plezier tijdens de borstcrawlcursus. Gaat vast helemaal goed komen (al denk je soms van niet 😉 ). Lekker blijven oefenen, veel succes!

  3. Bedankt Melissa! De cursus gaat voorlopig even niet door (Covid, begrijpelijk) maar daarna ga ik weer naar de lessen toe. Ondertussen oefen ik in een bad waarbij een trainster aanwezig is en zij geeft mij goede tips. Ik merk dat ik echt met sprongen vooruit ga. Vorige week kon ik nog niet eens borstcrawl zwemmen en nu zwem ik zo 6 baantjes achter elkaar!

    1. Wow dat is nog eens snelle progressie! Super leuk! Een trainer helpt inderdaad enorm. Veel succes met oefenen, zo lang het nog kan…..

  4. Bedankt Melissa. De zwembaden zijn weer open, jippie. Gisteren weer geoefend, weer even inkomen. Er is iets wat ik niet helemaal begrijp en de borstcrawl cursus gaat voorlopig nog niet door. Misschien kun jij me helpen? Ik heb in een filmpje op Youtube gehoord dat je moet beginnen met de rotatie vanuit je heupen. Dat had ik een beetje geoefend, prima. Nu hoorde ik afgelopen week een trainer zeggen dat je alleen met je schouders moet roteren (en niet met je heupen). Ehm….tja. Wat is het nu? Hoe pak jij dit aan? Alvast bedankt voor je hulp! Groet, Manon

    1. Hi Manon, binnen de borstcrawl herkennen ze 3 varianten, ‘hip driven’, ‘shoulder driven’ en ‘hybrid’. Ofwel alles is waar. Vaak zie je schouder gedreven vooral bij sprinters. Zelf heb ik heup gedreven geleerd. Rustige slagen en altijd roterend vanuit de heup. Dit is de meeste efficiënte voor middel en lange afstanden. Ook voor bv voor triatleten wordt eigenlijk altijd deze variant geleerd. Bij sprinters verdwijnt dat (bij mij ook een beetje, maar uiteraard niet te vergelijken met de pro’s), dan kost dat draaien teveel tijd en wil je zo snel en hard mogelijk aan de overkant. Je schouder inzet wordt dan belangrijker. Er is dus niet perse 1 waar, maar ik zou je me houden aan het geen wat je geleerd hebt. Als je er meer over wilt weten, is dit een leuke video die de 3 verschillen uitlegt: https://www.youtube.com/watch?v=2SEoDFnvwC4
      Succes!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *